De batterij opladen
De batterij is in de fabriek gedeeltelijk
opgeladen. Als wordt aangegeven dat
het batterijniveau laag is, gaat u als
volgt te werk:
1 Sluit de lader aan op een
stopcontact.
14 Aan de slag
© 2010 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
2 Sluit de stekker van de lader aan op
het apparaat.
Als u een USB-lader gebruikt, sluit u
de stekker van de lader aan op de
USB-connector.
3 Wanneer wordt aangegeven dat de
batterij volledig is opgeladen,
ontkoppelt u de oplader van het
apparaat en haalt u deze uit het
stopcontact.
U hoeft de batterij niet gedurende een
bepaalde periode op te laden en u kunt
het apparaat gebruiken terwijl het
wordt opgeladen. Als de batterij
volledig ontladen is, kan het enkele
minuten duren voordat de batterij-
indicator op het scherm wordt
weergegeven en u weer met het
apparaat kunt bellen.
Laden met de USB-gegevenskabel
Het laden van de batterij gaat met de
USB-gegevenskabel langzamer dan met
de lader. Laden met de USB-
gegevenskabel werkt mogelijk niet als
u een USB-hub gebruikt. USB-hubs
kunnen incompatibel zijn voor het
laden van een USB-apparaat.
Als de USB-gegevenskabel aangesloten
is, kunt u tegelijk met het laden ook
gegevens overdragen.
1 Gebruik een compatibele USB-
gegevenskabel om het apparaat
aan te sluiten op een compatibel
USB-apparaat.
Afhankelijk van het type apparaat
dat u gebruikt voor het laden, kan
het enige tijd duren voor het laden
van start gaat.
2 Als het apparaat ingeschakeld is,
selecteert u een van de beschikbare
USB-modi.